De ontwikkeling van de nieren begint al als het kind nog in de baarmoeder zit. Er zijn 3 fasen in de ontwikkeling. In de 3e week van de zwangerschap ontstaan er 2 voorlopernieren (pronefros). Die groeien uit tot oernieren (mesonefros). Vanaf de 4e week van de zwangerschap ontstaan de definitieve nieren (metanefros). De nieren veranderen dan nog van plek. Ze komen hoger in het lichaam te liggen, bij de nierslagaders.
In de 9e week van de zwangerschap zijn de nieren aangelegd. Ze maken dan al urine aan. De urine komt in het vruchtwater terecht. Maar de nieren halen nog geen afvalstoffen uit het bloed. Dat gebeurt nog via de placenta (moederkoek). De moeder plast de afvalstoffen uit.