Tips om meer eiwit te eten

Vind je het moeilijk om voldoende eiwit te eten? Neem dan meerdere keren per dag een klein portie eiwitrijk eten. De volgende tussendoortjes leveren veel eiwit.

• 2 gekookte eieren: 12 gram eiwit
• omelet naturel van 2 eieren: 14 gram eiwit
• 1 gekookt ei met 2 plakken ham: 13 gram eiwit
• 1 schaaltje naturel kwark: 16 gram eiwit
• 4-5 kaasblokjes (met minder zout): 14 gram eiwit
• 2 handjes ongezouten pinda’s of ongezouten noten: 10 gram eiwit
• halve portie kibbeling: 17 gram eiwit
• 3 gehaktballetjes zonder zout: 12 gram eiwit
• 4 kipnuggets: 14 gram eiwit

Denk ook eens aan vruchtenkwark, rolletjes licht gezouten vleeswaren, een gevuld eitje, enkele plakjes komkommer met pindakaas of een toastje met (Franse) kaas of naturel vis uit blik. Sommige dialyseafdelingen bieden eiwitrijke hapjes aan tijdens de dialyse.

Ben je te zwaar? Neem dan de magere (vetarme) versie van deze tussendoortjes. Bijvoorbeeld 30+ kaas of magere kwark.

Heeft de arts je fosfaatbinders voorgeschreven? Overleg dan of deze ook nodig zijn bij eiwitrijke tussendoortjes.

• Broodbeleg: een extra plak kaas of vleeswaren (met minder zout en liefst ook minder vet), of hummus.
• Neem 2 dunne sneetjes brood in plaats van een dikke snee brood, en beleg die met kaas of vleeswaren. Je kunt ook knäckebröd of beschuit nemen.
• Doe extra vlees, kip of gehakt door de soep.
• Roer geraspte kaas door de aardappelpuree.
• Verwerk een ei door de aardappelpuree.
• Kies kwark of skyr als nagerecht. Dit bevat twee- tot driemaal zoveel eiwit als een schaaltje vla of yoghurt.
• Als je geen vochtbeperking hebt, kun je meer melk gebruiken. Drink bijvoorbeeld vaker warme melk of koffie verkeerd (half koffie, half warme melk). Of maak oploskoffie aan met gekookte melk in plaats van water.

Staat vlees je tegen? Er zijn genoeg alternatieven, zoals ei, kaas, noten en peulvruchten. Het is gezonder als je je eiwit uit verschillende voedingsmiddelen haalt. Je kunt ook variëren door vlees anders klaar te maken. Zo eet je toch voldoende eiwit.

• Kip of vis eet vaak makkelijker dan vlees.
• Kies een ei-gerecht: een omelet, roerei of gekookt ei bij groente of sla.
• Bak gehakt rul in de koekenpan en verwerk dit in een sausje of meng het door de groente.
• Koud vlees staat soms minder tegen dan warm vlees. Eet dan bijvoorbeeld plakjes rosbief of fricandeau bij de warme maaltijd. Of beleg je brood dikker met vleeswaren.
• Verwerk het vlees in een sausje. Maak bijvoorbeeld ragout of hachee.